De Stichting Sierk Schröder is de auteursrechthebbende op alle kunstwerken van Sierk Schröder |
Home | Stichting | Biografie | Reacties | Tekenlessen | Galerie | Portretten | Tentoonstellingen | Nieuws | Webwinkel | Vervalsingen | Pers | Recensies |
Lezingen / betogen / interviews
Sierk Schröder (1903-2002)Lezingen / betogen / interviews / brieven / briefwisselingen Toespraak door Sierk Schröder (1963): Frédéric
Reitman ============================================================== Dames en Heren, beste Vrienden, Heel graag heb ik het verzoek van de Heer Hartman aanvaard om een inleiding
te geven bij de herdenkingstentoonstelling van het werk van onze - in
het begin van dit jaar gestorven - vriend Frédéric Reitman.
Voor ik hiertoe overga, zou ik de Heer en Mevrouw van Oorschot hartelijk
welkom willen heten en hen bedanken, dat zij het werk, dat in hun bezit
is, hebben willen afstaan. Hetzelfde geldt voor enkele van zijn goede
vrienden, die dit ook hebben willen doen.
Verder dank ik namens ons allen de Heren Hartman en Dirk Bus voor hun
initiatief en in het bijzonder Dirk Bus, die tijd noch moeite heeft
gespaard om deze tentoonstelling in te richten en te verzorgen.
Ik zei zoeven, dat ik dit gaarne aanvaard heb en doe dit dan ook, ondanks
alle weemoed, met vreugde, omdat ik hier niet hoef te spreken over de
droefheid, die zijn sterven bij ons heeft gewekt, maar over de vreugde,
die het voortleven in zijn werk bij ons oproept en die eigenlijk de
vreugde van het leven zelf is.
Verwacht van mij niet een herdenkingsrede, ik wil niet anders doen dan
zoveel in mijn vermogen ligt en voor zover dat voor u nodig is, U een
leidraad geven voor dit streven naar de volmaaktheid in de tekening;
een streven, dat als een Leitmotiv zijn hele leven beheerste en ook
nu nog na zijn dood het levende bestanddeel ervan vormt.
Jacques Bloem heeft eens gezegd: "Wat de kunstenaar onderscheidt
van de niet kunstenaar is het Verlangen."
Dit verlangen, dit streven naar het onbereikbare, het ongrijpbare hoeft
echter geenszins te leiden tot vaagheid en onbestemdheid. Dit is een
grote misvatting, die in onze tijd helaas maar al te zeer burgerrecht
heeft verkregen.
Men voelt zich kunstenaar en denkt nu ook, dat men groter kunstenaar
is naarmate men vager en onbestemder werkt.
Moge men de kunstenaar veelal vaagheid en a-sociaalheid toeschrijven,
die misschien voortkomen uit - het hele leven beheersende - onbestemde
gevoel van verlangen; in zijn werk hoort hij te getuigen van een ijzeren
wil, een ijzeren volharding en een meedogenloze zelfkritiek.
Hierin is de figuur van Frédéric Reitman een voorbeeld
voor ons allen. Zoals hij was in zijn leven, maar dan ook in elk facet
van zijn leven, zo is hij in zijn werk, in het betrekkelijke weinige
dat hij ons heeft nagelaten.
Frédéric Reitman had weinig vrienden, maar dan waren het
ook zeer goede vrienden. Hij had een kleine bibliotheek, maar een zeer
uitgezochte. Hij had de zucht door te dringen, niet af te laten en in
zijn werk bepaalde hij zich vrijwel uitsluitend tot één
onderwerp: de menselijke figuur.
Maar in de problemen, die het figuurtekenen in de klassieke zin oproepen,
is hij dan ook doorgedrongen als weinig anderen. Geen weg was hem te
lang, geen moeite hem te groot om zich hierin te vervolmaken. Perfectionist
van top tot teen vernietigde hij meedogenloos een werk, dat in zijn
ogen onvolmaakt was.
Maanden werk kon hij in een slag kapot maken. "Waarom?", vragen
zijn vrienden vaak. "Waarom in Godsnaam?" Omdat wij niet doordrongen
zijn van het feit, dat het niet gaat om het resultaat maar om het streven.
Wij doen de figuur van Frédéric Reitman onrecht aan als wij zeggen: "Met zo'n talent had hij meer kunnen bereiken." Ik heb dat ook gezegd. Het spijt me. Het is een burgerlijke opvatting
en misschien moet een gewoon mens ouder worden en dieper nadenken om
dit te begrijpen. - Dat dit leven zo moést zijn en niet anders
zijn kón.
Burgerlijkheid was hem vreemd en eerzucht, die meest verkapte en dikwijls
in het gewaad van de artiest gestoken burgereigenschap, was hem al evenzeer
vreemd. Hij was een zoeker naar de waarheid, de zuivere, exacte, constructieve
tekening.
Droog, academisch, voor hen die geen ogen hebben om te zien, maar voor
ieder die iets afweet van de structuur en de werking van het menselijk
lichaam: een verrukkelijke en poëtische belevenis. En een uitdaging,
want het geheel van dit leven en dit werk is te zien als een daad van
bezinning.
Hij werpt de handschoen toe aan het gepruts en gesjacher in ons kunstwereldje.
Dat hebben zijn leerlingen gevoeld en ik kan me voorstellen, dat een
jonge man die overtuigd nieuwe wegen zoekt, die wereld van het figuratieve
vaarwel zegt, de diepere waarheid van dit leven ook op zijn weg als
lichtend voorbeeld zal zien.
Ik zei zoeven, dat ik u een leidraad wilde geven bij het zien van deze
expositie, dit klinkt wat verwaand, maar misschien wilt U het aannemen,
als ik U tegelijkertijd vraag bij dit beschouwen even de hovaardigheid,
die ons kunstenaars en ons kunstcritici zo goed staat bij het bezien
van andermans werk, af te leggen. Even achter die zuivere contouren, achter die volmaakte plaatsing van een knieschijf, achter die sierlijke arabesque van een heuplijn de achtergrond te zien van inspiratie en onafgebroken werken. Ik vraag U de man te zien, die buiten alle modestromingen, wars van
eerzucht, wars van succes, dat deed waarvoor hij gemaakt was: het herscheppen
van het Goddelijk wonder: het menselijk lichaam. "Il aimait le dessin," dat wilde Degas op zijn grafsteen laten beitelen. Ik hoop dat velen zullen zien, dat men ook van Frédéric Reitman niets meer en niets minder hoeft te zeggen, dan die enkele woorden: "IL AIMAIT LE DESSIN" Uit het archief van de Stichting Sierk Schröder |
|
Pieterskerkgracht 11, 2311 SZ Leiden Tel. 0031
(0)71 3645469
© Copyright 1996 - 2022 Stichting Sierk Schröder. All Rights Reserved De Stichting Sierk Schröder is de auteursrechthebbende op alle kunstwerken van Sierk Schröder - Contact |